>>>  Laatst gewijzigd: 9 juli 2024   >>>  Naar www.emo-level-4.nl  
Ik

Filosofie en de waan van de dag

Start Filosofie Kennis Normatieve rationaliteit Waarden in de praktijk Mens en samenleving Techniek

Historisch

boeken bij het thema

literatuur bij het thema

Voorkant Martin DE GRAAF
Seks-Kultuur-Politiek - Inventarisatie en analyse van visies op de relaties tussen seksualiteit en samenleving
Zeist: NISSO, 1975; 195 blzn.; geen ISBN
[zie uittreksel op emo-level-4]

Seks-Kultuur-Politiek

Dit is een NISSO-studie uit 1975. NISSO stond voor Nederlands Instituut voor Sociaal Sexuologisch Onderzoek. Dat instituut is inmiddels opgegaan in Expertisecentrum Seksualiteit Rutgers.

Deze studie gaat over de invloed van de samenleving op het seksueel handelen van mensen en andersom. De thematiek wordt besproken aan de hand van samenvattingen van allerlei denkers die daarover hebben geschreven. Er bestaan heel wat visies op de relatie tussen seksualiteit, cultuur en politiek en die worden hier vergeleken en beoordeeld vanuit wat ze stellen over vrijheid en onvrijheid dan wel disciplinering en bevrijding.

De hoofdstukken zijn geordend op een continuum van disciplinering van seks naar bevrijding van seks. Het zijn acht onderscheiden groepen visies. In het laatste hoofdstuk komt de persoonlijke visie van de auteur aan de orde. De studie heeft een doel: een vrijere seksualitet in een vrijere samenleving.

Biologie en samenleving

De uiteindelijke conclusie van Martin de Graaf is dat seksualiteit niet primair een biologisch verschijnsel is met een totaal eigen regelmaat, onbeïnvloed door de culturele en maatschappelijke context. Ideeën over 'universele constanten' zijn bijzonder problematisch. Dat vind ik ook.

Antropologisch en etnologisch onderzoek laat zien dat er een grote variatie bestaat wat betreft mannen- en vrouwenrollen, mannen- en vrouwengedrag, en zo meer op basis van dezelfde biologische gegevens als dat mannen meer spierkracht hebben dan vrouwen en dat mannen en vrouwen een andere rol spelen in het proces van de voortplanting.

Ook is er geen sprake van universele waarden en normen ten aanzien van seksualiteit op zich. Zelfs het incesttaboe is niet universeel, evenmin als het gezin, de (heteroseksuele en exclusieve) paarrelatie, en de seksuele jaloezie. Dat zijn meestal typisch westerse constructies die op allerlei andere volkeren geprojecteerd worden.

Samenleving en burgerlijke moraal

De Graaf bespreekt eerst opvattingen die de samenleving belangrijker vinden dan welke vorm van individuele en collectieve seksualiteit ook. Die van Arnold Gehlen en Helmut Schelsky bijvoorbeeld, die ascese bepleiten vanuit een burgerlijke puriteinse moraal.

Psychoanalyse

Op een bepaalde manier is Freud ook iemand die uitgaat van de onvermijdelijkheid van de burgerlijke moraal. De Graaf:

"Freud's is zeker pessimistisch (hij gelooft niet in de mogelijkheid dat er ooit een beschaving zal zijn die wél seksuele vrijheid met kultuur kan kombineren). Maar: het is geen propaganda voor seksuele onderdrukking. Freud konstateert, met een zekere teleurstelling, dat nu eenmaal een zeker nivo van seksuele inperking bestaansvoorwaarde voor kultuur en samenleven is - hij juicht dit absoluut niet toe. Het is het trieste lot van de mens ..."(51)

Zo ziet Freud de zaken inderdaad. Het is nu eenmaal zo, het kan niet anders, dit zijn de feiten ... Blabla. Wat Freud ook beweert: dat is wél propaganda. Het is het propageren van een ideologie die zegt dat we de status quo moeten accepteren met als rechtvaardiging dat wetenschap zogenaamd alleen over de feiten gaat. Dat is een normatieve keuze. Freud wil wetenschap bedrijven en geen politiek. Maar dat laatste doet hij natuurlijk vanzelf door een ideologie als deze te presenteren als onontkoombaar.

Het hele psychoanalytische taalgebruik — zoals 'objectbezetting' of 'volwassen genitale seksualiteit' — helpt helemaal niets. In feite wordt daarmee weer eens op een andere manier gezegd dat de heteroseksuele monogame relatie de juiste weg is om seksualiteit te beleven. Ik vind dat een groot probleem: als de psychoanalytische theorie niet deugt, valt alles wat daarop gebaseerd is ook in een gat. En dat is nogal wat.

Communisme

Ook Marx en Engels nemen geen afscheid van die burgerlijke puriteinse moral. Verander je de samenleving, dan heft dat vanzelf de uitbuiting en de vervreemding in seksuele relaties op, zo dachten ze. Marx zat er verder niet mee.

"Zijn hoogste ideaal is de blijvende monogame, hetero-seksuele paarrelatie. Dan niet afgedwongen door wet en moraal, maar vrijwillig."(65)

Yeah, right ... Dat is van nature wat mensen willen, nietwaar?! Geef ze de vrijheid en bij toverslag willen ze allemaal monogame heteroseksuele huwelijken sluiten 'totdat de dood hen scheidt'. Zomaar ... Hoe blind ben je dan?

Engels heeft wel expliciete aandacht besteed aan de relatie tussen seksualiteit en samenleving, maar hij heeft uiteindelijk dezelfde burgerlijke waarderingen. En met Lenin en vooral Stalin wordt seksualiteit onderworpen aan de eisen van de revolutie, van de Partij, van de Staat, van de centrale planeconomie. Lust is minder belangrijk dan onderwerping, opoffering, discipline, en zo verder. Het bekende burgerlijke verhaal dus.

Eindelijk kritiek

Pas veel later zien we een reeks opvattingen — vaak van auteurs uit de sociaal-wetenschappelijke hoek — met een heel andere insteek:

Conclusies De Graaf

Na de bespreking van al die verschillende visies komt De Graaf met conclusies rondom vier vragen.

1/ Wat is seksualiteit?

Er is geen algemeen geaccepteerde definitie te geven.

"Ieder vastpinnen van het seksuele van de mens op een of ander kenmerk is meteen een inperking en krijgt, hoe bedekt ook, een normatief karakter."(150)

Toch een voorlopige omschrijving van een aantal zaken waartussen een grote samenhang bestaat:

"seksualiteit: het individueel vermogen om aan het eigen lichaam alleen of met anderen plezier te beleven."(150)

"individuele vrijheid: de beschikking over eigen vermogens, naar eigen keuze, met kennis van en beschikking over alternatieven."(151)

"samenleving: een historisch systeem van politieke, ekonomische, sociale, kulturele en ruimtelijke faktoren."(152)

2/ Welke zijn de relaties tussen seksualiteit en maatschappelijke kontekst?

Het is een veelzijdige en wisselende relatie. De Graaf's eigen positie:

"Het lichamelijk aspekt van mens-zijn moet in kultuur en samenleven geaccepteerd en gewaardeerd worden. Dus: afzwakking van het eenzijdig cerebraal accent. Lichamelijk plezier, sensualiteit, lust, e.d. dient als positieve beleving ervaren te kunnen worden. Ook buiten de sfeer van het al dan niet echtelijke bed."(155)

"Seksualiteit moet een scala uitingsmogelijkheden bieden, waaruit individuen kunnen en durven kiezen. Iedere kulturele of morele inperking in de zin van overwaardering van specifieke vormen is derhalve verwerpelijk. Daarom: geen dwangmatige heteroseksualiteit, evenmin als dwangmatige homoseksualiteit. De indeling van de mensheid in twee geslachten verliest in deze visie z'n zin en legitimiteit."(155)

"Een andere konsekwentie van het beeld van seksuele vrijheid dat hier geschetst wordt, is: de afwijzing van de genitale fixatie. Lichamelijk plezier is meer dan genitaal plezier. Er is niets tégen genitaal plezier; er is wél wat tegen de overwaardering daarvan."(156)

"De opvoeding van kinderen zal een van de belangrijkste middelen blijven om individuen in staat te stellen tot individuele en maatschappelijke vrijheid. Waarvan seksualiteit een onderdeel vormt. Dit impliceeert de noodzaak tot uiterst kritische evaluatie van opvoedingsmodellen en -praktijk. Vooral de gezinsopvoeding zal dan zeer scherp beoordeeld dienen te worden (...) Geen eenzijdige ondersteuning van het gezinsmodel dus."(156)

3/ Hoe is seksuele vrijheid voorstelbaar, ook gezien in maatschappelijk waaronder politiek perspektief?

Het gaat om een politieke strijd.

"Strijd voor seksuele emancipatie moet het politiek aspekt in zich opnemen. B.v. niet enkel de repressieve moraal zélf bestrijden, maar ook hen die deze moraal propageren of afdwingen. En vooral de struktuur bestrijden waarin zo'n moraal zo'n invloed heeft en waarin de dragers van die moraal zo'n macht bezitten."(158)

4/ Hoe kan, in onze samenleving, seksuele en maatschappelijke bevrijding gerealiseerd worden?

Wat opmerkingen over hoe er actie gevoerd zou moeten worden en hoe wetenschap daarbij kan helpen.

Slot

Dit is een erg fraai historisch overzicht van opvattingen over seksualiteit dat nog steeds niet aan actualiteit heeft ingeboet. Het literatuuronderzoek is van 1975 en ik krijg de indruk dat het niet meer te krijgen is, zelfs niet bij Rutgers. Ik zie op hun website in ieder geval geen overzicht van eerdere rapporten of een link naar een bibliotheek van de organisatie. Jammer.